Wanneer moet ik mijn kat ontvlooien en met welk middel? In dit blog geven we je antwoord op deze vragen en vertellen we je alles over deze vervelende beestjes.
Maar eerst: wat zijn vlooien?
Vlooien zijn roodbruine beestjes van ongeveer twee millimeter lang. Het zijn parasieten, want ze leven van het bloed van je kat. En omdat ze van warmte houden, vind je ze meestal in de nek en liezen, net als de eitjes. Maar die vind je ook in de krabpaal, op hun dekentjes of op de vloerbedekking. Als je vlooien in huis hebt moet je daar wat aan doen, want ze planten zich razendsnel voort.
Na elke maaltijd legt een vlo namelijk tientallen eitjes in de vacht van je kat. Die vallen eruit, veranderen in larven en verpoppen zich totdat ze veranderen in een vlo. Dat kan zes weken duren, maar soms ook wel een jaar. En dan heb je zomaar ineens een vlooienplaag in huis.
Vlooien bij volwassen katten en kittens
Het idee dat er allemaal beestjes in je huis zitten is natuurlijk best vies. Maar het is vooral heel vervelend voor je kat, want vlooienbeten zorgen voor ongemak en vooral voor veel jeuk. Bijt en krabt je kat vaker dan anders aan zijn lijfje? Dan is de kans groot dat hij vlooien heeft. Krijgt je kat ook kale plekken? Dat is je kat waarschijnlijk allergisch voor vlooien en moet je naar de dierenarts.
Kittens kunnen natuurlijk ook vlooien krijgen. Zolang een kitten nog moedermelk drinkt, is het veilig en beschermd – dat heeft Moeder Natuur heel mooi bedacht. Maar zodra dat stopt, moet jij voor bescherming zorgen. Een vlooienbesmetting kan namelijk echt gevaarlijk zijn voor zo’n kleintje, want het kan er ziek van worden of zelfs bloedarmoede door krijgen.
Dus of je kat nu volwassen is of nog klein, het is superbelangrijk om op tijd te beginnen met vlooienpreventie!
Vlooien voorkomen
Hygiëne in huis is sowieso altijd belangrijk als je huisdieren hebt. Stofzuig daarom het liefst elke dag en was mandjes en kleedjes wekelijks op zestig graden. En vergeet de krabpaal niet! Zuig die minstens een keer per week helemaal uit.
Hou je van écht schoon? Dan is een stoomreiniger een uitkomst, want daarmee hou je je bank, tapijt en vloer altijd lekker fris. Maar het kan ook helpen om een vlooienplaag te voorkomen – de meeste parasieten, larven en eitjes sterven namelijk bij temperaturen boven 60 graden. Maar let op, goede hygiëne alleen is niet genoeg. Je moet je kat altijd behandelen met een antivlooienmiddel!
Manieren om je kat te ontvlooien
Vroeger liep elke kat rond met een vlooienbandje om zijn nek. Je weet wel, zo’n onhandige en vies ruikende rubberen halsband. Die zijn gelukkig niet meer nodig, want er zijn véél betere middelen verkrijgbaar.
Injectie
Er is sinds een paar jaar iets nieuws op de markt: je kunt je kat bij de dierenarts laten injecteren met een middel tegen vlooien. Dat klinkt heftig, maar het blijkt heel veilig te zijn. De injectie werkt ongeveer een half jaar en maakt de vlooien onvruchtbaar – ze kunnen dus geen nieuwe eitjes meer leggen. Dat scheelt al enorm! Maar de omgeving moet ook vrij blijven van eitjes en larven. Behandel je huis en de favoriete plekjes van je kat daarom ook altijd met een omgevingsspray. Omdat de injectie een half jaar werkt, moet je twee keer per jaar naar de dierenarts voor een behandeling.
Pipetjes
Deze middelen zijn echt supermakkelijk in gebruik – je brengt de vloeistof direct aan op de huid en het doet meteen zijn werk. Het doodt in ieder geval de vlooien die je kat al heeft. Sommige soorten doorbreken de cyclus in huis helemaal – die doden ook de eitjes en de larven. En dan heb je ook nog soorten die je kat meteen beschermen tegen teken en verschillende soorten wormen. Deze middelen zijn effectief, maar werken tijdelijk. Je moet de behandeling dus meerdere keren per jaar herhalen.
Ben je nog niet zo bekend met vlooienbestrijding of de nieuwe middelen? Vraag je dierenarts of dierenspeciaalzaak dan gerust om advies. Heel veel succes!
Disclaimer: Petrebels is geen dierenarts: alle content, informatie en tips op dit blog zijn bedoeld om je te informeren. Heeft je kat klachten of problemen of twijfel je over de gezondheid van je kat? Ga dan altijd naar een dierenarts of gedragsdeskundige.
